Paviljoen en Scheepswerf

Indieners 1 en 4

1.1
De doelstelling van het natuureducatiecentrum is niet goed omschreven, waardoor de betreffende ruimte voor allerlei doelen kan worden gebruikt.
Reactie
Uit de projectomschrijving van het herinrichtingsplan Koudenhoorn kan het volgende worden geciteerd:
"Voor het natuureducatiecentrum wordt een deel van de ruimte gebruikt voor permanente expositie. Een deel is aanpasbaar en kan inspelen op actuele
thema's. Daarnaast moeten er structureel mensen bij worden betrokken (organisatie). Ontwikkeling en uitwerking van natuureducatie is een aparte expertise,
die is op dit moment nog niet beschikbaar. Daarnaast hebben Tjarda, de historische scheepswerf, de kinderboerderij en de hondenvereniging zich gemeld
om ook gebruik te maken van de educatieruimte. Dit moet nog verder uitgewerkt worden."
Hoewel er dus nog een definitieve invulling en vorm moet worden gegeven aan deze ruimte, is in artikel 5 van de planregels vastgelegd voor welke doeleinden
de ruimte wel geschikt is en voor welke niet. Deze sluiten aan op het bovenstaande, maar geven geen ruimte voor willekeurig gebruik.

1.2
De maximale oppervlakte van de werf en het paviljoen is te groot.
Reactie
Tijdens de participatiebijeenkomsten is regelmatig gesproken over de oppervlakte van het paviljoen en de historische werf. In de notulen is terug te vinden dat de indiener dit heeft aangegeven. Aan de hand van deze stelling is gedurende de uitwerking van het herinrichtingsplan een berekening gemaakt door Arcadis. Zij kwamen op een totale (maximale) oppervlakte van 500m2. Dit is inclusief de historische werf en een natuureducatiecentrum. Gesteld werd door de aanwezigen op de participatiebijeenkomst dat het paviljoen naar grote waarschijnlijkheid geen 400m2 nodig zal hebben; ook omdat de gemeente de participanten toegezegd heeft voorafgaand aan de realisatie de haalbaarheid van de exploitatie te toetsen. Vervolgens zijn de indieners en andere participanten akkoord gegaan met de oppervlakte.


1.3
De historische scheepswerf heeft geen toegevoegde waarde wanneer deze zich in een gebouw bevindt.
Reactie
In overleg met de participanten in het inspraakproces is deze vorm voor de historische scheepswerf gekozen.

1.4
De maximale hoogtematen voor het paviljoen en de werf zijn te ruim.

Reactie
In overleg met de participanten is in het inspraakproces gekozen voor deze maximale hoogtematen.

 

Conclusie zienswijzen van indieners 1 en 4 geven geen aanleiding tot aanpassing van het bestemmingsplan.


Indiener 2

2.1
De doelstelling van het natuureducatiecentrum is niet goed omschreven, waardoor de betreffende ruimte voor allerlei doelen kan worden gebruikt.
Reactie
Uit de projectomschrijving van het herinrichtingsplan Koudenhoorn kan het volgende worden geciteerd:
"Voor het natuur/educatiecentrum wordt een deel van de ruimte gebruikt voor permanente expositie. Een deel is aanpasbaar en kan inspelen op actuele
thema's. Daarnaast moeten er structureel mensen bij worden betrokken (organisatie). Ontwikkeling en uitwerking van natuureducatie is een aparte expertise,
die is op dit moment nog niet beschikbaar. Daarnaast hebben Tjarda, de historische scheepswerf, de kinderboerderij en de hondenvereniging zich gemeld
om ook gebruik te maken van de educatieruimte. Dit moet nog verder uitgewerkt worden."
Hoewel er dus nog een definitieve invulling en vorm moet worden gegeven aan deze ruimte, is in artikel 5 van de planregels vastgelegd voor welke doeleinden
de ruimte wel geschikt is en voor welke niet. Deze sluiten aan op het bovenstaande, maar geven geen ruimte voor willekeurig gebruik.

2.2
Het loskoppelen van het paviljoen en de scheepswerf geeft de mogelijkheid om de gebouwen afzonderlijk te bouwen, wat in strijd is met gemaakte afspraken.
Reactie
Naar aanleiding van de participatiebijeenkomsten is overeengekomen dat de horeca, de historische werf, het natuureducatiecentrum en de kinderboerderij een 'ensemble' moeten worden. De uiterlijke verschijning moet zoveel mogelijk op elkaar afgestemd worden. Om hieraan te kunnen voldoen, is in het bestemmingsplan opgenomen dat de historische werf en horeca met natuureducatiecentrum onder één dak moeten worden gebouwd. Het -qua tijdsplanningloskoppelen van de fysieke bouw is mogelijk om er rekening mee te houden dat er sprake kan zijn van meer dan één exploitant en dat de horeca met natuureducatiecentrum en de werf onderling los van elkaar kunnen opereren. Dit uitgangspunt is niet in strijd met de gemaakte afspraken.

2.3
De toegestane oppervlakte van de historische werf is niet conform de afspraak. De werf is daarnaast door de wijziging van binnen bouwen in plaats van buiten
bouwen niet van toegevoegde waarde op het eiland.
Reactie
In de afsprakenlijst en in de projectomschrijving die is afgestemd met de participanten is opgenomen dat de oppervlakte van de historische werf maximaal 100
m2 mag zijn. Tijdens de participatiebijeenkomst werd in eerste instantie de intentie uitgesproken om de boten buiten met een kleine opslag te bouwen. Uiteindelijk is vanwege aspecten als veiligheid, geluid en uitstraling ervoor gekozen om het bouwen van boten binnen te laten plaatsvinden. De discussie hierover is terug te vinden in de notulen van vierde themabijeenkomst (7 maart 2011) voor de uitwerking van het definitieve ontwerp, waarin is ingestemd met het bouwen van boten binnen.


Conclusie zienswijze van indiener 2 geeft geen aanleiding tot aanpassing van het bestemmingsplan.


Indiener 3
3.1
De indiener geeft aan dat zij in een later stadium graag in de gelegenheid wordt gesteld om een mening te geven over de vormgeving van het paviljoen, de
werf en de opslag.
Reactie
De indiener zal worden betrokken bij de vormgeving van het paviljoen, de werf en de opslag wanneer dit aan de orde komt, voorafgaande aan de formele
mogelijkheid hiertoe in het kader van de aanvraag omgevingsvergunning.

3.2
De nieuwe locatie voor de historische werf ligt op het kruispunt van een fiets-/wandelpad.
Reactie
De gemeente is bekend met de locatie van de huidige fiets- en wandelpaden op het eiland. De paden zullen dan ook verlegd gaan worden om de werf en
horeca heen. De routes blijven wel in stand, maar worden verlegd om het paviljoen heen.


Conclusie zienswijze van indiener 3 geeft geen aanleiding tot aanpassing van het bestemmingsplan.


Indiener 5
4.1
De nadruk moet liggen op de educatieruimte met daaraan gekoppeld een beperkte horecaruimte, volgens afspraak onder één dak met een te realiseren
historische werf.
Reactie
Uit de projectomschrijving van het herinrichtingsplan Koudenhoorn kan het volgende worden geciteerd: "Voor het natuureducatiecentrum wordt een deel van de ruimte gebruikt voor permanente expositie. Een deel is aanpasbaar en kan inspelen op actuele thema's. Daarnaast moeten er structureel mensen bij worden betrokken (organisatie). Ontwikkeling en uitwerking van natuureducatie is een aparte expertise, die is op dit moment nog niet beschikbaar. Daarnaast hebben Tjarda, de historische scheepswerf, de kinderboerderij en de hondenvereniging zich gemeld om ook gebruik te maken van de educatieruimte. Dit moet nog verder uitgewerkt worden."
In de projectomschrijving zijn de participanten overeengekomen dat de oppervlakteverdeling als volgt is:

  • Horeca - maximaal 400 m2 (met daarin ruimte voor opslag voor het beheer van het eiland, wasruimte/toiletvoorzieningen voor passanten en een natuur/educatieruimte);
  • Werf - max 100 m2. Al deze functies worden gerealiseerd onder één dak.

 

4.2
Het ontwerpbestemmingsplan wijkt af van het definitief ontwerp voor wat betreft plaats en indeling van het bouwvlak voor het educatieve paviljoen.
Reactie
De plaats en vorm van het bouwvlak voor het paviljoen zijn gelijk aan de ruimte die voor deze hele functie is ingetekend in het definitief ontwerp. Het bouwvlak in het ontwerpbestemmingsplan is daarom ruimer dan het ingetekende gebouw in het definitief ontwerp. Tegelijkertijd is de bebouwingsoppervlakte gemaximaliseerd. Met andere woorden komt de ruimte qua vorm en oppervlakte voor het paviljoen en de scheepswerf gewoon overeen met het definitief ontwerp, maar is de ligging van de bebouwing binnen deze ruimte nog niet vastgelegd. Er is immers ook nog geen horecafunctie gekozen.

 

Conclusie zienswijze van indiener 5 geeft geen aanleiding tot aanpassing van het bestemmingsplan.